Het afgelopen jaar kwamen er steeds meer auto’s op de markt waarvoor je geen
wegenbelasting schuldig was. Ook waren er steeds meer lease-auto’s met 14 of
20 procent bijtelling. Dat wil zeggen dat leaserijders 14 procent of 20
procent van de catalogusprijs bij zijn bruto-inkomen moest optellen in
plaats van 25 procent.
Je kunt dus stellen dat het beleid van de overheid een succes was: steeds meer
zuinige auto’s op de weg. Maar het succes liep het een beetje uit de hand,
het begon de overheid veel geld te kosten.
Fiscale bijtelling leaseauto’s
De oplossing lag voor de hand. Door de
regels per 1 juli aan te scherpen, vallen een heleboel auto’s niet
langer in een gunstige bijtellingscategorie. De vrijstelling voor de
wegenbelasting wordt op termijn zelfs helemaal afgeschaft. Alleen
elektrische auto’s ontspringen voorlopig de dans.
De overheid slaat met deze maatregel twee vliegen in een klap. Ze voorkomt dat
de staat minder inkomsten- en wegenbelasting ontvangt, en dwingt het
tegelijkertijd autofabrikanten auto’s nog zuiniger te maken.
En het werkt. Autofabrikanten weten dat die zuinige Hollanders dol zijn op
fiscale voordeeltjes. Het is een spelletje kat-en-muis. Zodra de overheid de
fiscale regels rond zuinige auto’s aanscherpt, proberen fabrikanten zo snel
mogelijk modellen op de markt te brengen die aan de nieuwe criteria voldoen.
Zuinige modellen
Maar kan het nog zuiniger? Volgens Niels Leermakers, onderzoek van de vakgroep
Verbrandingstechnologie van de Universiteit van Eindhoven, zijn de
mogelijkheden van autofabrikanten om auto's zuiniger te maken nog niet
uitgeput. "Ik denk dat benzine- en dieselmotoren nog en 20 tot 25
procent aan efficiëntie kunnen winnen", stelt Leermakers.
Op dit moment zet een dieselmotor ongeveer 40 procent van de chemische energie
die vrijkomt bij de verbranding om in bewegingsenergie. "Dat kan 50
procent worden", stelt Leermakers.
Er is dus nog ruimte om de uitstoot van verbrandingsmotoren terug te dringen.
Maar het doorontwikkelen van motoren kost tijd en die gunt Den Haag ze niet.
Gelukkig voor autofabrikanten zijn er andere manier om de CO2-uitstoot per
kilometer terug te dringen.
Hybride
Bekendste manier om een auto echt zuiniger te maken zodat hij minder CO2 per
km uitstoot, is een hybride systeem. Dit type auto's heeft naast een
benzine- of dieselmotor ook een elektromotor. Het mooie van hybrides zoals
de bekende Toyota Prius is dat energie die bij 'normale' auto's verloren
gaat, bijvoorbeeld remenergie, efficiënt wordt omgezet in elektriciteit die
vervolgens helpt bij de aandrijving van de auto.
Soms kan de benzinemotor zoals bij de Opel Ampera ook alleen worden ingezet om
stroom op te wekken die vervolgens een elektromotor het echte werk laat
doen, wat bij sommige snelheden efficiënter kan zijn.
Maar er zijn meer manieren om auto's zuiniger te maken: banden met een lage
rolweerstand, een start-stopsysteem waarbij de motor makkelijk is in en uit
te schalen als je voor het rode licht staat, of gewoon het lichter maken van
de auto.
Een andere veel toegespaste manier is om de auto minder toeren te laten maken
bij een gegeven snelheid, want in de praktijk betekent dat je eerder op kunt
schakelen naar een hogere versnelling. En dan is er natuurlijk de
aerodynamica: het aanpassen van de vorm van een buitenspiegel kan net dat
ene grammetje CO2 verschil maken waardoor een auto in een gunstigere
categorie komt te vallen.
Alle beetjes helpen dus, maar de nieuwe CO2-grenzen maken het de fabrikanten
niet makkelijk. Met de kleinere modellen wil het nog wel lukken om aan de
nieuwe grenzen te voldoen, maar met middenklassers is het werken. Maar
fabrikanten weten ook dat als het lukt, ze de komende maanden spekkoper zijn
op de leasemarkt.
Bekijk de slideshow Deze
auto's lease je ook na 1 juli met 14 procent bijtelling
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl